Welkom › Uitleg › v of f

Hier kan je alle uitleg uit v of f naslaan.

Schrijf je woorden met een v of een f? blijf/schrijf, vis/fijn, boven/boffen, trucjes voor de f-woorden, vlaag, fanfare, fobie, fauna (heel veel woordenschat).

Leer alles over v of f

Wil je alles leren over v of f? Ga dan naar de leermodule van v of f en leer alles stap voor stap met veel oefeningen.

Spiekbriefje v of f

Spiekbriefje v of f

Wil je snel even de theorie over v of f naslaan? Download hier een pdf met daarop een korte samenvatting van de theorie over v of f.

Uitleg v of f

Inleiding v /f

Wanneer schrijf je een v of een f?
Veel van die woorden moet je gewoon weten. 
Maar er zijn ook leuke trucjes. Die ga je nu leren.

uitleg

We beginnen met iets leuks:

aan het eind van een Nederlands woord staat altijd een f, nooit een v

Kijk maar:

lief  blijf  juf  bof  geef  brief  twaalf

elf  straf  half  schroef  duif  golf

zelf  draf  proef  wolf  neef  dief  kalf 
Oefening

Oefening

Klik hier om de oefening in de leermodule te doen.
Je weet nu dat aan het eind altijd een f staat, .

Je gaat in de volgende les nog een trucje leren om f-woorden te onthouden.

Denk aan een plaatje

Een v is een kleine letter, een f is een hoge, lange letter.


Denk aan het plaatje van de lange, hoge fles.

Teken de f in de fles.

Sla dit plaatje op in je hoofd.

In een kast met laatjes.

In een laatje waar f-woorden in zitten.


, 
Een f is lang en hoog.
Probeer bij een f-woord iets te bedenken dat lang is, lang duurt, hoog is, ver weg is enz.
Je gaat nu verschillende woorden oefenen.

Meer plaatjes met f

Bedenk bij een f-woord een plaatje.
Dat plaatje moet passen bij de f: groot, lang, hoog. 
Op een dictee krijg je een woord. 
Jij denkt dan aan het plaatje. 
Je weet dan dat het een f-woord is.

In de volgende oefening zie je plaatjes die hier bijpassen.


Oefening

Oefening

Klik hier om de oefening in de leermodule te doen.

Nu weer een paar woorden die met lang, groot te maken hebben: fijn film fakkel fruit fabriek


Oefeningen

Oefeningen

Klik hier om de oefeningen in de leermodule te doen.

f-woorden

Nog een paar woorden die je gemakkelijk kunt onthouden:

fiets figuur file foto fout
Oefeningen

Oefeningen

Klik hier om de oefeningen in de leermodule te doen.

f-woorden


Nog een paar woorden die je gemakkelijk kunt onthouden: fuif flink fluit fraai friet

Oefeningen

Oefeningen

Klik hier om de oefeningen in de leermodule te doen.

f woorden


Nog een paar woorden: finale finish familie fornuis fantasie

Oefeningen

Oefeningen

Klik hier om de oefeningen in de leermodule te doen.
Je bent klaar met deze les, .
Probeer zelf bij elk f-woord een plaatje te bedenken.
Sla dat plaatje op in je hoofd.
Als je een dictee hebt en je hoort dat woord?
Even in het laatje kijken met de f-woorden.

Je gaat nu een trucje leren over wanneer je ven of fen schrijft.

ven of fen?

Wanneer krijg je ven of fen?

Er zijn weinig regels voor de f of v.
Maar hier leer je weer een handig trucje.
Wanneer schrijf je achteraan ven of fen?

Het heeft te maken met lange en korte klanken.



diefdievenblufbluffen
slaaf slavenblafblaffen
leefleventreftreffen
geloofgelovenbofboffen

Wanneer ven?

Na een lange klank aan het eind van een klankgroep schrijf je meestal ven.

De lange klanken zijn:            aa oo uu ee
 
 Hoor ik achteraan twee?
 Een doet niet meer mee!

gra ven 
le ven 
be lo ven 
Ook na een tweeklank krijg je ve(n).


boe ven
lie ve
gleu ven
schrij ven
wui ven

Wanneer krijg je aan het eind fen?

Na een korte klank aan het eind van een klankgroep schrijf je fen.


 Omdat de klank kort is, schrijf je ff.


De korte klanken zijn:    a     o     u     e     i


maf maffe


bof   boffen


puf puffen


hef heffen


rif   riffen

Oefeningen

Oefeningen

Klik hier om de oefeningen in de leermodule te doen.

ven of fen

Nog even herhalen:

Je schrijft ven na een lange klank 
 na een tweetekenklank

Je schrijft ffen  na een korte klank
Oefening

Oefening

Klik hier om de oefening in de leermodule te doen.

vel of fel

Er zijn enkele woorden die eindigen op fel.
een paar gemakkelijke:
tafel
wafel (koekje)
luifel (afdakje)
twijfel (ik weet het nog niet zeker)

Maar meestal eindigen woorden op vel.
snavel
gevel
zuivel
kavel
navel
bevel
hevel
nevel
heuvel


Oefening

Oefening

Klik hier om de oefening in de leermodule te doen.
Je bent klaar met deze les, .
De volgende les gaat over woorden die je in groep 5 zou moeten weten.
Ga oefenen en herhaal de lessen tot je de woorden kent.
Als je ze vaak oefent, blijven ze in je hoofd zitten.

groep 5

vel of fel?

vel
Hier is het een ding.
Een vel papier.
Een vel op de gekookte melk.
Het vel  van je huid.
Een dierenvel(vacht).

fel
Het is geen ding, het woord vertelt iets over een ander woord.
Wat schijnt de zon fel.
Die felle lamp schijnt in mijn gezicht.
Hij sprak op een felle toon tegen mij.
Oefening

Oefening

Klik hier om de oefening in de leermodule te doen.

vee of fee?

vee
De boer heeft dieren op zijn bedrijf:
koeien, schapen, paarden enz.
Dat noem je vee.

fee
In een sprookje komt een fee voor.
Denk aan het lange toverstokje.
Oefeningen

Oefeningen

Klik hier om de oefeningen in de leermodule te doen.

Enkele v-woorden

We beginnen met woorden met een v aan het begin.

Het zijn weetwoorden, je moet ze gewoon weten.

Er zijn weinig trucjes om ze te onthouden.

Probeer dit eens. Enkele woorden die met vogel te maken hebben.

De v van vogel. Een zwerm vogels vliegt vaak in een v-vorm:

Als je een klein vogeltje in de lucht tekent, maak je vaak een v- vorm.

Welke woorden met een v kun je bedenken bij vogel?


vlieg   veer   vink   vleugel   vlerk   valk   voer
Oefeningen

Oefeningen

Klik hier om de oefeningen in de leermodule te doen.

Woorden van 3 letters

Er zijn veel meer woorden van drie letters met een v dan met een f.
Kijk naar de volgende woorden.


Een vis heeft een vin.
Is dit boek van jou?
Dit vat zit vol water.
Is het nog ver rijden?
Doe het boek maar in je vak.
Timmerman zijn is een leuk vak.
Ik val van de stoel.
De boer heeft veel vee.
Heeft de kat een vlo in zijn vacht?
Heb je vijf vingers aan elke hand?
Als toetje neem ik vla.
Lust jij een vijg?
Ik ga via Hilversum naar Amsterdam.

Ik lees over een elf en een fee.
Dat vind ik erg fijn.
De lamp schijnt te fel.
Iemand uit Finland is een Fin.
Ik voel me fit.
Heb je nog fut om dit werkje te doen?
Ik fop jou.
Ik fok paarden.


Oefeningen

Oefeningen

Klik hier om de oefeningen in de leermodule te doen.

Woorden van vier letters

Lees het volgende goed door en let op de v.

Is dat hout voor het vuur?
Vuil en vies is hetzelfde.
Speel jij vals?
Er zit een vlek op de tafel.
Ik vind die witte verf mooi.
Ik lees veel boeken.
De vlag hangt aan de stok.
Ik zie je niet duidelijk, maar vaag.
Ik zal de vaat wel wassen.
Ik dat een sneeuwvlok?
Is die vork voor mij?
Een valk is een roofvogel.
Een vink is een zangvogeltje.
Dat heb je vlot gedaan.
We bouwen van boomstammen een vlot.

Oefening

Oefening

Klik hier om de oefening in de leermodule te doen.

Woorden van vier letters met een f.

Denk bij de f-woorden steeds aan iets wat groot, hoog of lang is.

Jij hebt flaporen, ze staan van je hoofd af.
Flos jij je tanden wel elke avond?
Ik geef de obers altijd een fooi, iets extra geld.
Foei, dat mag niet, hoor.
Ik geef een fuif, een feest.
Ik drink water uit een fles.
Of heb je liever een glaasje fris?
Het is fris buiten.
Met de auto sta je soms in de file.
Een olifant is een fors dier.
Heb jij een foto van jezelf?
Soms geef ik een fout antwoord op een vraag.
Zij woont in een hoge flat.
De soldaten bouwden een groot fort.

Oefeningen

Oefeningen

Klik hier om de oefeningen in de leermodule te doen.

Nog meer woorden met een v

Er zijn veel woorden van vier letters met een v.

In de vaas staan vier bloemen.
Dat heb je vast vaak gedaan.
Het veld is niet hobbelig maar vlak.
De vogel verliest een veer.
Is dat fruit vers?
Kom vlug bij me.
Ik veeg de tafel schoon.
Ik zet mijn voet op de stoel.
Bij het vuur zie ik een vlam en een vonk.
Wat voor vorm heeft een cirkel?
Ik vang de bal.

Oefeningen

Oefeningen

Klik hier om de oefeningen in de leermodule te doen.
Je bent klaar met deze les, .
We gaan nu een stapje verder.
Woorden van groep 6.
Vind je sommige woorden nog wat moeilijk?
Herhaal gewoon de oefeningen van groep 5.

groep 6

Woorden van vijf letters

Ken je de woorden van groep 5 heel goed?
We gaan verder met woorden van vijf letters.
Probeer bij f-woorden zelf een plaatje te bedenken voor het f-laatje.

Bekijk de volgende zinnen.
Straks krijg je hier vragen over.

Peter vecht met Johan.
De veter van mijn schoen doe ik vast.
Frits speelt op zijn viool.
Eten we vandaag vlees?

Een ander woord voor vleugel is vlerk.
Er zit een vlieg op de tafel.
Ik vlieg vandaag naar Finland.
Staat het water hoog bij vloed?

Ik veeg de vloer.
Ik vroeg jou iets.
Vocht is niet droog maar nat.
Ik maak van mijn hand een vuist.
Ik heb veel vrienden en geen enkele vijand.

In onze tuin is een vijver.
Ik vloek nooit.
Bij vijf graden vorst vriest het.
Ik stel een vraag aan jou.
Wanneer komt er vrede in de hele wereld?

Kom je op mijn feest?
Ik krijg een nieuwe fiets op mijn verjaardag.
Doe toch niet zo flauw.
Wat ben jij flink opgeschoten met je werkstuk.
Toen het onweerde, zag ik een flits door de donkere lucht schieten.

Wat voor fluit heeft jouw zus, een blokfluit of een dwarsfluit?
Wat heb je dat fraai gemaakt, prachtig!
Lust jij graag friet met mayonaise?
Ik frons mijn voorhoofd.
Elke dag eet ik fruit.
Oefeningen

Oefeningen

Klik hier om de oefeningen in de leermodule te doen.

Woorden met ver

Er zijn haast geen woorden die beginnen met fer.
En dan zijn het ook vaak moeilijke woorden.

Er zijn heel veel gewone woorden die beginnen met ver.

ver bod
ver driet
ver af
ver der
ver schil

ver anderen
ver gif
ver stand
ver baasd
ver los
ver haal

ver band
ver geefs
ver volgens
ver leden

ver beelden
ver bouwen
ver bergen
ver branden
ver bieden

ver delen
ver binden
ver dampen
ver hoging
ver andering
Oefeningen

Oefeningen

Klik hier om de oefeningen in de leermodule te doen.

Woorden van zes letters

Lees de volgende zinnen goed. Ken je de betekenis van alle woorden?

Het varken behoort tot het vee van de boer.
Ik voel me veilig bij jou.
Het kind van een paard heet een veulen.
We vinden het goed dat je komt logeren.
Ik wijs met mijn vinger.

Kom je vanmiddag op visite?
Wat heb je een leuke vlecht in je haar.
Kun je voelen of het hard of zacht is?
Die vrachtauto neemt veel vracht mee.
Van die film word je erg vrolijk.
Een vijg is een vrucht.
Abraham wordt vijftig jaar. 
De fakkel geeft veel licht in de grot.
Het mannetje van de fazant heeft mooie kleuren.
Een rechthoek is een langwerpig figuur.
We bereikten eindelijk de finale.
Deze boeren fokken gezond vee.
In die folder staat veel informatie over de sportlessen.
folder.jpg

Hoort bij fondue ook kaas?
Een forens reist elke dag naar zijn werk.
Die franje aan je tas is wel een mooie versiering.
Die studenten houden wel van fuiven.
Geestelijk is ze niet sterk, maar fysiek wel.



Oefeningen

Oefeningen

Klik hier om de oefeningen in de leermodule te doen.

voor

Alle woorden die met voor beginnen schrijf je net als voor met een v.

Kijk maar eens naar enkele voorbeelden:

voordeur
voorkant
voortand
voorzichtig


Oefeningen

Oefeningen

Klik hier om de oefeningen in de leermodule te doen.
Je bent klaar met deze les. Ga nu door met de woorden van groep 7.
Blijf groep 5 en 6 herhalen als je dat nodig vindt, .
Veel herhalen is super!

groep 7

graven of grafen

Spitten
Ik graaf in de grond.
Wij graven in de grond.
Iets begraven of opgraven.

Titel
Iemand kan een adellijke titel hebben: baron, hertog of graaf.
Vroeger had je hier veel graven van Holland.

Andere betekenis
Als het een andere betekenis heeft dan spitten of een titel,
dan schrijf je -grafen.
fotografen
seismografen
kalligrafen
paragrafen

Oefeningen

Oefeningen

Klik hier om de oefeningen in de leermodule te doen.

Woordenschat

Lees de volgende zinnen goed.
Ken je alle woorden?


Als je een kleurige trui vaak wast, worden de mooie kleuren soms fletser, niet zo helder en fris meer, wat valer.

De fotograaf neemt een foto van de fabriek.

Is een framboos altijd rood? Zit er een fijne smaak aan of vind je hem vies?

Hij heeft vier vingers opgestoken. Moet je hem daar fier zien staan: met veel zelfvertrouwen.

Zij heeft een paar ferme zonen betekent dat die een groot en sterk lichaam hebben en dapper zijn.

Vurig verlangde zij naar de vakantie.

Is het daar ’s avonds wel safe op straat?

Die twee scholen hebben een fusie aangegaan. Ze zijn gefuseerd. Nu vormen ze samen één school.
Oefeningen

Oefeningen

Klik hier om de oefeningen in de leermodule te doen.

Woordenschat

Lees goed en onthoud de moeilijke woorden.

Hij sloeg een flater, hij beging een flater.
Hij maakte een verschrikkelijk domme fout.

De flora en de fauna van dat gebied.
De planten en dieren van dat gebied.

Hij heeft een fobie voor spinnen.
Hij is doodsbenauwd voor spinnen.

Het feest draaide uit op een fiasco.
Het werd een vreselijke ramp, een teleurstelling.

Het vonnis werd door de rechter uitgesproken.
Werd hij schuldig of onschuldig verklaard?

Hij zwierf als vagebond door het land.
Hij was een zwerver, landloper.

Zij verwijt hem de nederlaag.
Hij kreeg de schuld dat ze hadden verloren.

Dat was me een groot festijn.
 Dat was me een groot feest.

Hij kreeg op zijn falie.
Hij kreeg een flink pak slaag.
Oefeningen

Oefeningen

Klik hier om de oefeningen in de leermodule te doen.
Je bent klaar met deze les. Ga nu door met de volgende les.
Met woorden van groep 8.

Je kunt net zo vaak herhalen als je wilt.
Dan blijven de woorden in je geheugen.

groep 8

inleiding

We gaan in de volgende serie veel woorden herhalen.
Ook leren we er nieuwe woorden bij, .
Oefeningen

Oefeningen

Klik hier om de oefeningen in de leermodule te doen.

Woordenschat

Deze auto heeft een prachtig front.
Het vooraanzicht is mooi om te zien.
De soldaten werden naar het front gestuurd.
Het voorste gebied waarin gevochten wordt.

Het is een fabel dat je van vet dik wordt.
Het is kletspraat dat je van vet eten dik wordt.
In die fabel is de schildpad sneller dan de haas.
Een fabel is een dierverhaal waarin dieren zich gedragen als mensen.

Bij die opdracht heeft zij gefaald.
Het bracht lang niet op wat ze ervan had verwacht.
Ze dacht dat ze eerste zou worden, maar ze faalde.
Het mislukte om eerste te worden.

Hij freesde een gleuf in de plank.
Met een machine (frees) maakte hij een gleuf.

In de lente werd de grond gefreesd.
De grote kluiten werden met een frees klein gemaakt.

Het blad van deze tafel is gemaakt van fineer.
Het lijkt echt hout, maar het is een dun laagje geplakt hout.
De tafel is niet van echt hout: er is een dun laagje hout op gelijmd.


Door zijn flair kon hij veel bereiken.
Door zijn charmante en vlotte manier van doen kreeg hij veel voor elkaar.

Oefeningen

Oefeningen

Klik hier om de oefeningen in de leermodule te doen.

Woordenschat

Ga je dat afdrukken op folio?
Folio is een papierformaat iets groter dan A4.


De fakir ging op een spijkerbed liggen.
Vooral in India komen fakirs voor, wondermensen die slangen betoveren, touwen rechtop laten staan enz.
Oefeningen

Oefeningen

Klik hier om de oefeningen in de leermodule te doen.

Woordenschat

Ken je de volgende woorden?

De farao liet de piramides bouwen.

Hij was een Egyptische koning in de oudheid.


Die feeks heeft het daar voor het zeggen.

Beslist geen lieve vrouw, een tang, heks, duivelin.


Het floepte  er zomaar uit.

Ik zei het zonder er bij na te denken.


Hij is de voogd van dat kind.

Sinds het overlijden van ouders is iemand verantwoordelijk voor het kind.


Wat ben jij ijverig!

Wat werk jij hard. Zo ijverig als een mier.

Oefeningen

Oefeningen

Klik hier om de oefeningen in de leermodule te doen.
Je bent klaar met deze les, .

Heb je alles goed? Meester Klaas feliciteert je hierbij!

Nog niet alles goed?
Herhaal vaak. 
Hoe vaker je een woord ziet, hoe beter je het kunt onthouden.
Succes!

Einde!